zaterdag 8 december 2012

Te veel informatie is net zo slecht als te veel eten

Is te veel eenzijdige informatie tot je nemen, net zo slecht als te veel ongezond eten? Dat is wat Clay A. Johnson zich ging afvragen na mislukte, idealistische, wereldverbetering pogingen. Want hij begreep niet hoe het kon dat goed opgeleide, slimme mensen er, in zijn ogen, wanstaltige overtuigingen op nahielden. Is een gezond informatie dieet niet net zo biologisch belangrijk als gezond eten? Hij denkt van wel en neemt dat als uitgangspunt in zijn boek 'Infominderen - Bewuste informatieconsumptie in een tijd van overvloed'.

Clay A. Johnson-Infominderen
Gezien voorgaande is het niet verrassend dat het eerste hoofdstuk van het boek 'Infominderen' van Clay Johnson de titel 'Wat we kunnen leren van obesitas' draagt. Niet alleen is voedsel in onze moderne maatschappij ruimschoots en voordelig voorradig, dat geldt ook voor informatie over eten en dieetboeken. Vanuit de oertijd zijn we nog steeds geprogrammeerd om te consumeren - voor als er barre tijden komen, want dan kunnen we die overleven. Deze voorliefde is ons niet alleen op eetgebied fataal.

Johnson beschrijft hoe het ontwikkelen van taal parallel liep met de ontwikkeling van ons brein. Complexere ideeën konden uitgewisseld en opgeslagen worden. Dankzij taal konden we efficiënter samenwerken. Maar er trad pas echt een nieuw communicatietijdperk aan met het eerste massamedium: de drukpers. Dat is echter niet te vergelijken met wat onze smartphone nu voor ons is: alles wat je maar wilt letterlijk binnen handbereik.

Iedere vooruitgang krijgt kritiek te verduren. In de huidige tijd is dat niet anders. 

Maar uiteindelijk gaat het erom hoe je ermee omgaat. Informatie op zich is neutraal. Er is volgens Johnson geen sprake van een information overload, maar van een overmatige informatie consumptie. Met alle kanalen die tegenwoordig tot onze beschikking staan, is de verleiding erg groot. Koppel dit aan de behoefte van mensen om bevestigd te worden in hun mening en het verlangen naar entertainment en je begrijpt dat 'nieuws' inmiddels een andere betekenis heeft gekregen.

"De bio-industrie domineert de landbouw en contentbedrijven domineren nu onze online informatieconsumptie," schrijft Clay Johnson. Die industrialisering van informatie reikt ver. Niet alleen het aantal journalisten neemt af, ook de tijd die ze aan een artikel mogen besteden. Tegenover iedere journalist staan 4 pr-specialisten. De gemiddelde journalist wordt bedolven onder persberichten, soundbites, verkooppraatjes en gekleurde informatie. Op deze manier verworden zij tot doorgeefluiken.

Door een eetstoornis kun je een verstoorde lichaamsperceptie ontwikkelen. Een eenzijdig informatiedieet zorgt voor een verstoorde realiteitsperceptie. 

Het is de heuristische inslag van ons brein om complexe gedachten te verwerken: het maakt ons onbewust vooringenomen voor wat we al kennen. We doen en horen liever iets waar we vertrouwd mee zijn, dan iets nieuws wat misschien efficiënter of beter is. Wanneer we alleen luisteren naar wat we willen horen, ontstaat er een eigen soort werkelijkheid. Ondanks alle informatie die voorhanden is, krijg je dan een epidemie van onwetendheid: informatie-obesitas.

Sociale Media maakt het alleen maar nog makkelijker om ons te omringen met gelijkgestemden. En door de moderne personaliseringstechnologie word je nog effectiever voorgeschoteld wat je wilt. Daar klik je tenslotte op en dat is wat bedrijven willen. Zo wordt de filterbubbel steeds groter. Net als je inactiviteit. Ga achter de computer zitten en voordat je het weet ben je een paar uur verder. 

Even dit, even dat, afgeleid door zus en dan door zo. Gevolg: aandachtsmoeheid. Je concentratie-vermogen draait de vernieling in, aldus Johnson. Achter een computerscherm stem je af op een "ecosysteem van onderbrekingstechnologiën". Onze cognitieve vermogens kunnen al die relaties niet aan. Ongelimiteerd nieuws van 'vrienden' in homogene netwerken maakt relaties niet betekenisvol, maar eenzijdig en oppervlakkig.

De oplossing: een gezond informatiedieet - consumeer bewust en neem nieuwe en geen bevestigende informatie op.

Clay Johnson spreekt over een "infoveganistische aanpak" en geeft meteen toe dat het een intimiderende term is. Maar hij vindt het van toepassing omdat veganisme volgens hem in wezen draait om ethiek. Je moet je realiseren wat vlees eten voor ethische implicaties heeft. Zo kun je beslissen niet meer mee te doen aan een informatie systeem met een dubieuze ethiek en je meer richten op feiten in plaats van meningen.

Er wordt uitgelegd hoe je door middel van zoeken, filteren, scheppen en een synthese maken, kritischer kunt denken en goed omgaat met informatie. Maar, waarschuwt Johnson, dat kost jarenlange oefening en constante aanscherping. Aandachtfitness. 

Vervolgens worden er time-management- en gezondheidstips gegeven en wordt het belang van humor onderstreept. Daarna schetst hij het kader van een gezond informatiedieet. Daarbij moet je je eigen vooroordelen niet uit de weg gaan, maar ze juist benoemen, zodat je er alert op bent.

Het boek sluit af met deel 3, 'sociale obesitas'. Als consumenten hoogwaardige informatie eisen, zal de markt verschuiven. Een informatiedieet is niet alleen goed voor jou, het is ook "een sociaal doel om een betere mentale ecologie te bereiken". Betaal voor onderzoeksjournalistiek en bouw zo ook aan een sterkere en gezondere democratie. Hij nodigt je uit tot een 'complot in zes gemakkelijke stappen':

  • Deel dit boek met anderen
  • Groepen opzetten en organiseren
  • Beschaafd blijven, gericht op de missie
  • Bijeenkomsten organiseren
  • Leren
  • Doen

Clay Johnson zegt dat hij met dit boek wil bereiken dat mensen de wereld om hen heen beter begrijpen. 

Maar ik vraag me een paar dingen af. Gaat dat lukken met de arbeidsintensieve manier die hij voorstelt in een tijd waarin 'druk, druk, druk'-zijn een statussymbool is en oppervlakkigheid uitermate goed en verleidelijk gefaciliteerd wordt? Nog los van het feit dat het voor deze schrijver niet alleen een hobby is, maar ook een missie - dan hou je het wel vol. Maar wij? Misschien overtuigt hij je, maar dat betekent nog niet dat je ernaar kunt leven. 

Daarnaast zijn alle berichtgeving en verhalen subjectief. Wat mij betreft is het een illusie om te denken dat er werkelijk onbevooroordeelde journalisten, bloggers of schrijvers zijn. Nadenken is onmogelijk zonder kader. Als je helemaal geen uitgangspunten hebt, dan heb je…. niks. Natuurlijk is het goed om zoveel mogelijk vanuit verschillende perspectieven te kijken. Maar continu alles in twijfel trekken, is geen sinecure. Daar is ons brein niet op gebouwd, zoals de schrijver zelf ook al aanstipt. 

We neigen onweerstaanbaar en vaak onbewust naar bevestiging.

Alhoewel. Voorgaande is ook weer een aanname. Wie zegt dat al dat hersenonderzoek juist geïnterpreteerd wordt? Misschien is het een gemakzuchtige overtuiging die ons goed van pas komt: het lukt ons niet omdat ons brein er niet voor gemaakt is. En ergens nodeloos onevenredig veel energie instoppen, is biologisch onverantwoord. Die 2% brein kost 20% van onze energie - dat is al meer dan genoeg! ;-)

Heb ik wat gehad aan de informatie die Clay A. Johnson voorschotelt in 'Infominderen - Bewuste informatieconsumptie in een tijd van overvloed'? Hij heeft natuurlijk een punt en met hem velen, want information overload is al langere tijd een hot topic. Maar het ietwat belerende sausje wat regelmatig uitgeschonken wordt, staat me tegen. Ook denk ik dat als hij mensen werkelijk verder wil helpen, hij de manier waarop toegankelijker had kunnen maken. 

Toch is het een lezenswaardig boek, al was het maar omdat een wezenlijk onderdeel van ons huidige tijdgewricht stevig neergezet wordt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten